top of page

Ik ben jou en jij bent mij

Bijgewerkt op: 11 okt 2022


Als je leven de dood ontmoet, niet bij jezelf maar bij je betekenisvolle ander dan kijkt de ratio in een groot zwart gat. Het probeert wijzer te worden uit al wat het niet ziet en lijkt enkel te kunnen besluiten dat het echt niets zien kan. Het probeert te grijpen wat het niet grijpen kan. Het probeert te horen wat enkel stilte is. En als je dan wat dieper kijkt en het gevoel krijgt dat er logica komt, dan verspringt er plots een schakel en kom je weer uit waar je begon. Telkens een rondje dat zijn eigen baan verliest terwijl het zichzelf gadeslaat.

Al starend ben je verweesd. Een blanco denken en weten lijkt voor eeuwig. Afwisselend met de luchtigheid van elke dag. Want het golft. In onwezenlijk verdriet bij de gedachte ‘nooit meer’. Een nog diepere pijn bij ‘voor altijd’. De staarmodus van een onbegrepen realiteit. Dan weer de ‘zoals-het-altijd-was’ modus die vrolijk de dag aanvat.


Plots toont een lichaam zich zonder warmte en beweging. Een lichaam van een vader, een grootvader, een vriend, een collega. Een lichaam met een verscheidenheid aan rollen en een berg aan betekenis. Maar nu plots een theater zonder spelers, een voertuig zonder leven. Op een bepaalde manier straalt het een onwezenlijk mooie rust uit. Geen greintje ongemak, nergens naartoe te gaan, nergens van weg, voor eeuwig goed bij hoe het is. De kilte van de aanraking gaat me voorbij aan het bevreemdende. De haren voelen echt. De slaap lijkt diep, maar zo irreëel zonder gesnurk. Voor het eerst werd ik rustig bij jouw lichaam. Zo genietend van je nabijheid, zo’n oneindig gemis aan je levendigheid. Mijn verstand en heel mijn voelend proces heeft het nodig om de loskoppeling van lijf en leven met eigen ogen te kunnen zien. Om het te mogen aanraken. Om zelf te mogen beslissen wanneer weg te gaan. Want dat is de ondraaglijke gedachte die de ruimte vult in mijn hoofd. Hoe kan ik hier buitenstappen wetende dat het voor altijd zal zijn? Dat dit de laatste keer is van ontmoeten. Hoe maak je zo’n beslissing? De beslissing maakt jou. Eerst verschijnt de weerstand met daaropvolgend een soort diep oprakelen van alles in je lijf dat ooit met hem in verwevenheid zat. Het ondraaglijke huilen van een kind om zijn ouder, om de reden van zijn bestaan, om zijn oorsprong en zijn richting. Een niet zo zachte confrontatie met de onzekerheden en kwetsbaarheden van ons menselijk bestaan. Even plots als een donderslag bij heldere hemel, even onstopbaar als de éne moment die steeds in de andere overgaat. Er is geen pauze en geen knop om terug te spoelen, enkel een repeat in je hoofd en een eeuwigheid in je hart. In die eeuwigheid maakt de beslissing jou en ben je weg, voor altijd.


Met mildheid voor mijn verstand dat verder in het ijle staart, maak ik wat ruimte voor mijn gevoel. Ik voel je, dichtbij mij. Ik zie je in mijn ooghoek, kijkend naar mij. Ontroerd door de uitgepuurde liefde ontvangen mijn open handen jouw warmte. Je was nog nooit zo aanwezig. Kom je mij vertellen dat je lichaam slechts je tijdelijkheid was maar je ziel nooit meer verdwijnt? Je voelt zo vredig, zo’n verdoken versie van de rusteloze zelve die je was. Ik ben niet bang. Er lijkt een lichamelijk weten te ontstaan dat je nooit weg zal zijn. Steeds in verbinding via een dunne gouden lijn. Om me te herinneren aan wie je was, hoe je in me leeft en wie ik ben geworden dankzij jou. Ik dans en zing met jouw energie. Ik vier het leven in deze bizarre gedaante. Ik dank de tijdelijkheid en mijn vergankelijkheid. Ik mis je fysieke aanwezigheid. Ik houd me vast aan jouw eeuwige nabijheid. Want ik ben jou en jij bent mij.

 
 
 

Opmerkingen


bottom of page